De Wmo cliëntenraad Individuele voorzieningen (Pv6) adviseert het
College van de
gemeente Utrecht bij het maken van beleid rondom de voorzieningenverstrekking
en de uitvoering daarvan. Dit advies gaat over het gebruik van scootmobielen en
de daarbij behorende veiligheidsmaatregelen.
Het is
een hele stap om gebruik te gaan maken van een scootmobiel. Als het hulpmiddel
vanuit de gemeente is verstrekt, zal dit wel op een verantwoorde wijze gebeurt
zijn. Toch lijken de signalen uit de praktijk iets anders te zeggen. Onderzoek
van het CBS en Rijkswaterstaat[1] laat
zien dat ondanks een vermindering van verkeersdoden in 2013 het aantal
dodelijke slachtoffers bij scootmobielen helaas is gestegen.
Een
direct probleem is, dat scootmobielen zonder een goede voorbereiding verstrekt
worden. Jezelf voortbewegen op een scootmobiel anders is anders dan fiets of
snorfiets en een goede beheersing van het voertuig is noodzakelijk om veilig
aan het verkeer deel te nemen.
Door
onveilig gebruik van scootmobielen, blijven er te vaak gebruikers met een
onzeker gevoel achter. Door de gebruiker kennis en vaardigheden over de
scootmobiel bij te brengen, neemt het onveilig gebruik van dit hulpmiddel
vanzelf af.
Daarnaast
blijven er vaak scootmobielen ongebruikt in de schuur of op de gang staan. En
dat terwijl er eigenlijk een nieuwe mobiliteit te vieren is.
Het
advies van de Wmo cliëntenraad voorzieningen is dat er bij verstrekking van een
scootmobiel een praktijkvaardigheidstraining en een theoriecursus bij zit. Dit
is dus meer dan het rondje met uitleg bij van de leverancier. Het gaat hier om
vertrouwen als verkeersdeelnemer in jezelf, het verkeer en de scootmobiel. Zo ontstaan er deelnemers
in het verkeer die zich met zekerheid voortbewegen en wordt het ontstaan van
weeshulpmiddelen zoveel mogelijk tegen gegaan.
Tot zover
het advies van de Cliëntenraad Wmo voorzieningen.
Met
vriendelijke groet,
Martijn
van Andel,
Voorzitter
Wmo cliëntenraad Individuele voorzieningen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten